Het is niet vreemd dat we de termen kano en kajak vaak door elkaar halen. Vaak wordt de term ‘kanoën’ gebruikt in veel van onze uitingen. Op zich logisch, omdat ‘kano’ de verzamelnaam is van alle kano-achtigen, zoals ook de kajak. Toch is er verschil!
Het verschil tussen een kano en een kajak kun je direct opmerken door naar de peddel te kijken. Even grofweg gezien zijn er twee soorten peddels: een enkelblads peddel (steekpeddel) met onderaan de shaft een blad en bovenaan een handle. Uitzonderingen daargelaten, wordt met dit soort peddels een (open) kano gevaren. Dit wordt ook wel Canadese kano genoemd. Dan heb je ook nog een peddel met een blad aan beide kanten van de shaft. Hiermee vaar je een kajak.
Dan is er ook nog verschil in de boot zelf:
Een kano is open van boven en is vaak breder dan een kajak. Je zit hierin geknield of op een bankje. Je kunt er gemakkelijk in- en uitstappen en je hebt meer ruimte voor bagage.
Een kajak is dicht van boven met daarin een instapgat en een kuip waar je in zit. Je zit op je zitvlak met gestrekte benen naar voren. Je zit lager en meer onderuitgezakt.
Kanoën en kajakken kan op verschillende wateren. Zo kun je lekker recreatief, samen met je kinderen, een stukje peddelen in de slootjes en riviertjes vlakbij huis. Of je kunt je boot meenemen naar een van de mooie plassen die Nederland rijk is. Daarnaast wordt er ook sportief kano- en kajakgevaren op zee, ook wel brandingkajakken genoemd. Dit is een stuk wilder en vergt meer techniek en evenwicht.
Kano’s en kajaks heb je in verschillende uitvoeringen, namelijk opblaasbaar, opvouwbaar en vast.